Meer informatie over Cornus alba 'Gouchaultii' (Geelbonte Kornoelje)
De Geelbonte Kornoelje, ook bekend als Cornus alba ‘Gouchaultii’, is een sierlijke struik die meteen kleur en leven in de tuin brengt. Zijn bontgeel en groen blad zorgt van het voorjaar tot de herfst voor een vrolijke toets, terwijl zijn rode twijgen in de winter prachtig afsteken tegen het groen of een laagje sneeuw. In het voorjaar verschijnen er witte bloemtrosjes die bijen aantrekken, gevolgd door kleine witte besjes waar vogels dol op zijn. Deze bladverliezende struik is goed winterhard en past zowel in een natuurlijke tuin als in een strakke border. Door zijn rustige groei combineert hij mooi met vaste planten zoals hosta’s, spirea of vlinderstruiken, die zijn kleuren extra doen opvallen.
Standplaats
De Cornus alba ‘Gouchaultii’ voelt zich het best thuis op een plek in de zon of halfschaduw. In volle zon kleurt zijn blad extra intens, al mag de middagzon niet te fel branden op droge grond. Een plek met ochtendzon en lichte schaduw in de namiddag is ideaal. Hij houdt van voedzame, humusrijke grond die licht vochtig blijft maar niet kletsnat is. Zware kleigrond kan je luchtiger maken door er compost of wat zand door te mengen, zodat overtollig water goed weg kan.
Plantafstand
Plant ongeveer één Geelbonte Kornoelje per vierkante meter. Zo krijgt elke struik voldoende ruimte om zijn sierlijke vorm te ontwikkelen en groeit hij mooi dicht zonder elkaar te verdringen. Die afstand zorgt er bovendien voor dat je snel een evenwichtig geheel krijgt waarin elke plant tot zijn recht komt.
Waterbehoefte
De Cornus alba ‘Gouchaultii’ houdt van gelijkmatig vochtige grond. Geef hem in droge periodes geregeld water, zeker tijdens warme zomers. In de eerste twee jaar na aanplant is dat extra belangrijk omdat hij dan nog wortels vormt om zelf beter vocht op te nemen. Zorg dat de grond vochtig blijft maar niet drassig, want natte voeten verdraagt hij slecht. Een mulchlaag helpt om het vocht langer vast te houden.
Onderhoud & Snoeien
Snoei de Geelbonte Kornoelje elk voorjaar licht terug om jonge scheuten te stimuleren – die geven immers de mooiste rode takken in de winter. Verwijder oude of kruisende takken tot net boven de grond en geef hem daarna wat organische meststof zodat hij weer krachtig uitloopt. Beperk snoei in de zomer tot het weghalen van storende takken of uitgebloeide delen; zo blijft hij compact en fris.
Plant-tips
Graaf een ruime plantput en meng de uitgegraven aarde met compost of bodemverbeteraar. Dit geeft de wortels een luchtige start en zorgt voor voldoende voeding. Druk de aarde goed aan en geef meteen royaal water zodat alles mooi aansluit rond de wortels. Een laag boomschors of mulch rond de voet helpt om onkruid te weren en houdt het vocht beter vast, wat vooral tijdens warm weer erg nuttig is voor deze kleurrijke struik.





