Online planten kopen?

Artikel geplaatst door Jan De Tuinman in:

Hoe een boom correct planten

 

Wanneer (niet) planten?

Bomen die in een pot zijn geteeld kunnen het jaar rond worden geplant, maar liefst van september tot juni (ideaal van september tot maart). Bomen op blote wortel of met een kluit kan je enkel planten als ze in winterrust zijn: vanaf november tot april, naargelang de weersomstandigheden. Plant nooit als het overdag aanhoudend vriest, als de grond (nog) bevroren is of als de grond kletsnat of juist erg droog is. In warme, droge periodes voldoende water geven, en dan beter af en toe een royale watergift dan vaak kleine hoeveelheden (zie: Nieuwe aanplantingen correct water geven).

Voor meer informatie ‘Wanneer kan ik (niet) planten?’

Wat heb je nodig?

  • Een spade en eventueel een schop
  • Per boom:
    • 50L. goede compost of bodemverbeteraar
    • 100 gr. organische meststof
    • 1 boompaal
    • 1 boombinder
  • (zie ook het Boom bevestiging pakket)
  • Een stevige hamer om de paal in de grond te kloppen,
  • of als je meerdere palen moet kloppen, een houten paalhamer.
  • Een (Chinese) vrijwilliger, want een boom plant je best met 2.

Bodemvoorbereiding

Verwijder eerst alle onkruiden. Je spuit deze best twee weken vooraf dood met een kortwerkend systemisch herbicide zoals Roundup- of Glyfall. Zo gaan de onkruiden volledig afsterven, ook de wortels. Na 2 weken verwijder je dan voorzichtig de onkruiden zodat het zaad dat op de planten zit niet op de grond valt. Ook breng je best bodemverbeteraar aan, zie verder.

Voor meer uitgebreide informatie zie ‘Plantklaar maken van de grond’

Maak de bomen plantklaar:

    • Bomen op blote wortel
      – Als de wortel droog staat: Plaats de boom gedurende 30 minuten in een emmer of kuip met lauw water.
      – Steek de wortel daarna terug in de plastic zak.
    • Bomen met kluit
      – Als de kluit droog staat: Dompel de kluit voorzichtig gedurende 1 minuutje onder in een emmer lauw water.
      Verplaats bomen met een kluit steeds voorzichtig zodat de kluit intact blijft!
  • Bomen in een pot
    – Als de wortelkluit droog staat:  Dompel de wortels gedurende enkele minuten onder in een kuip met lauw water zodat de wortelmassa volledig doorweekt is.

Belangrijk: De bomen beschermen tijdens het planten !!

Op blote wortel:

  1. Tegen zon en wind. Bomen op blote wortel kunnen blootgesteld aan zon en wind op 5 minuten tijd onherstelbare schade oplopen! Als je bomen klaar legt op de plaats waar ze moeten geplant worden, bescherm dan de wortels met een oud deken of stuk plastic(zak) zodat ze niet uitdrogen. Neem de bomen pas vanonder de plastic vandaan op de moment dat je ze in de grond steekt. Laat de bomen ook niet te lang onder plastic in de volle zon liggen om beschadiging te voorkomen.
  2. Tegen de vorst Laat de planten zo lang mogelijk in een vorstvrije ruimte liggen (bv. de garage?). Doe zoveel mogelijk voorbereidende werken voor de aanplant en haal de bomen pas op het laatste moment uit de vorstvrije ruimte. Plant daarna zo snel mogelijk.

Met kluit

  1. Tegen zon en wind
    Bij bomen met een kluit zijn de wortels redelijk goed beschermd, maar ook een aardekluit kan uitdrogen. Laat de bomen niet te lang in de volle zon liggen en bewaar ze indien mogelijk op een schaduwrijke plaats. Verplaats planten met een kluit steeds voorzichtig zodat de kluit intact blijft!
  2. Tegen de vorst
    Bij vorst kan een aardekluit zeer snel bevriezen. Laat de bomen daarom zo lang mogelijk in een vorstvrije ruimte liggen (bv. de garage?). Doe zoveel mogelijk voorbereidende werken voor de aanplant, haal de planten pas op het laatste moment uit de vorstvrije ruimte en plant daarna zo snel mogelijk.

In pot

  1. Tegen zon en wind
    Laat de boom zo lang mogelijk in de pot zitten. Als je de boom uit de pot haalt, plant hem dan zo snel mogelijk. De wortels van planten zijn zeer gevoelig voor uitdroging.
  2. Tegen de vorst
    Bij vorst kan de wortelmassa zeer snel bevriezen. Laat de bomen daarom zo lang mogelijk in een vorstvrije ruimte liggen (bv. de garage?). Doe zoveel mogelijk voorbereidende werken voor de aanplant, haal de bomen pas op het laatste moment uit de vorstvrije ruimte en plant daarna zo snel mogelijk.

Hoe planten?

  1. Maak een ruim plantgat. Voor een boom reken je hiervoor op 1,5 à 2 keer de breedte en de hoogte van de wortel, kluit of pot. Als de wortel bv. 25 cm. breed en 20 cm hoog is, moet u een plantgat maken van 40 à 50 cm. breed en 30 à 40 cm. diep.
  2. Verbeter de uitgegraven grond. Meng 50 liter goede compost of bodemverbeteraar per boom, in zware kleigrond meng je ook wat fijn grind of grof zand. De bodemverbeteraar houdt het vocht, en dus de voedingstoffen, beter vast zodat de planten beter aanslaan en sneller groeien.
  3. Spit de bodem van het plantgat goed om. Zo vinden de wortels zachte aarde om verder te groeien en blijft het water niet op de bodem staan.. Leg een dikke laag van het uitgegraven grondmengsel in het plantgat zodat de plant ongeveer op dezelfde hoogte geplant wordt zoals in de kwekerij. (zie punt 6)
  4. Laat bij droog weer en/of droge grond de plantput vol lopen met water en laat het water in de grond indringen.
  5. Bomen in POT: verwijder de pot voorzichtig. Krijg je de plant niet goed uit de pot, knip dan de pot kapot. Vermijdt schade aan de wortels door teveel aan de plant te trekken om die uit de pot te krijgen. Bomen met KLUIT: laat het jute netje rond de plant zitten zoals ze geleverd werden, zodat de kluit zoveel mogelijk intact blijft. Ook bij een plant met een draadkluit laat je het ijzeren net om de kluit zitten. Pas nadat je de boom in de put gezet hebt probeer je het net zoveel mogelijk weg te knippen.
  6. Zet de boom in het plantgat. Plant de boom net zo diep als hij in z’n pot of in de kwekerij stond. Dat kun je zien aan de verkleuring op de stam; wat onder de grond zat is bruinig, wat boven de grond zat groenig. Spreid de wortels van een boom met blote wortels goed uit. Zorg dat de worteleinden plat liggen, ze mogen niet langs de wanden omhoog staan, dat remt de groei.
  7. Vul de rest van de plantput op met de verbeterde grond. Let erop dat bij het vullen van het gat de grond goed tussen de wortels terecht komt, het helpt als je tijdens het opvullen van het plantgat de boom iets laat ‘trillen’ (klein beetje op en neer schudden van de boom). Druk voorzichtig aan met de voet zodat de boom stevig in de grond zit. Druk niet te hard! Leg de grond terug mooi effen, doe dit met de hand, zodat je de boom niet beschadigd.
  8. Geef de boom een boompaal. Bomen vangen veel wind. Zonder boompaal gaan de stam en de kruin gaan wiegen in de wind. De jonge, pas aangeplante boom die nog niet voldoende doorgeworteld is, kan dan omwaaien. Bovendien worden de wortels die de boom na het aanplanten vormt zo losgetrokken en dan is de boom ten dode opgeschreven. Zonder boompaal kan u ook geen beroep doen op onze groeigarantie voor bomen! Als boompaal worden meestal rondhouten palen (zie ook het Boom bevestiging pakket) gebruikt. Zet de paal aan de windzijde; zuidwest ten opzichte van de boom, zodat de boom van de paal wegwaait. Zorg er voor dat de boompaal minstens 10 cm onder de kruin komt om te vermijden dat takken gaan schuren tegen de paal. Is je paal te lang? Zaag hem dan een stuk af. Zorg er ook voor dat de boomstam zelf niet tegen de boompaal aanschuurt. Op zeer winderige plaatsen en bij het aanplanten van grote maten, is het aangewezen om 2 of zelfs 3 boompalen per boom te plaatsen. Voordeel hiervan is o.a. dat de boompalen wat verder van de boom kunnen worden geplaatst, zodat de kans op beschadiging van de stam door schuren wordt voorkomen. (zie ook het Boom bevestiging pakket) Bind de boom op 1,25 à 1,50 m. boven de grond aan de paal vast, zodat de kroon van de boom kan bewegen. Gebruik een boombinder die je in 8-vorm om stam en paal heen bindt. Controleer jaarlijks de bindsels zodat deze niet ingroeien in de stam. Meer informatie in dit artikel: Hoe een boompaal plaatsen
  9. Geef nogmaals overvloedig water. Blijf de boom het eerste seizoen na het inplanten regelmatig water geven. Zie ook (zie Nieuwe aanplantingen correct water geven)

Relevante artikels:

Klik hier voor een overzicht van onze bomen

Hoe bewaren?

Kan je niet onmiddellijk planten, bewaar de bomen dan op een vorstvrije plaats en doe de plastic zak bovenaan open zodat er een beetje frisse lucht aan kan. Op deze manier kan je de bomen nog 1 week bewaren vooraleer ze te planten, anders moet je ze inkuilen. Bomen en planten op blote wortel drogen heel snel uit! Laat de beschermende plastic zak daarom zo lang mogelijk over de wortel zitten tot net voor je de boom in de grond steekt. Heb je een boom met aardekluit? Bewaar de bomen dan op een vorstvrije en begiet de kluit af en toe met een beetje water zodat hij vochtig blijft, zo kan je de boom nog 2 weken bewaren, anders moet je hem inkuilen. Een boom in een pot kan je langere tijd bewaren, maar in het najaar of in de winter moet je hem vorstvrij bewaren! In het voorjaar moet je er goed over waken dat de boom steeds voldoende water heeft, de pot dus regelmatig begieten. Maar als algemene regel moet je toch aanhouden om de boom zo snel mogelijk na ontvangst te planten.

Voor meer informatie: Hoe je planten bewaren als je niet meteen kan aanplanten?

Deze basisregels kosten enige tijd en moeite maar kunnen achteraf veel nodeloos werk besparen. Immers, een dode plant vervangen vergt minstens dubbel zoveel tijd en werk dan een nieuwe aan te planten! Dit artikel gaat over hoe plant ik een boom, hoe je een boom moet planten, met of zonder boompaal? Met of zonder bodemverbeteraar?

Log in of Registreer om te reageren of zelf een tuinvraag te stellen.

Heeft dit artikel u geholpen?