Online planten kopen?

Artikel geplaatst door Jan De Tuinman in:

Welke soort grond heb ik in mijn tuin?

soorten grond in de tuin

 

De grond in je tuin is een van de belangrijkste factoren voor het al dan niet slagen van je tuinplannen. Zonder goede grond geen mooie tuin, maar ook een correcte plantenkeuze is erop gebaseerd.. (zie “Hoe de juiste planten kiezen voor mijn tuin”). Het is dus belangrijk te weten welke grond in jouw tuin ligt.

Wat is grond eigenlijk?

Hoewel ‘grond’ vrij vast lijkt bestaat slechts de helft van de bodem uit vaste deeltjes.

Grond bestaat uit een mengsel van minerale deeltjes: de vaste deeltjes; de andere helft bestaat uit lucht en water. Tussen de vaste deeltjes zitten dus holtes, die gevuld zijn met lucht en water. De ideale tuingrond bestaat voor ongeveer de helft uit bodemdeeltjes en organisch materiaal, een kwart uit luchtholtes en voor het overige kwart uit water. In dat water zijn de voedingsstoffen opgelost die essentieel zijn voor de groei van planten. De open ruimtes in de grond die gevuld zijn met lucht leveren dan weer de zuurstof aan de plantenwortels en bodemorganismen.

Het vaste gedeelte van de grond bestaat uit minerale deeltjes. De grootte van die deeltjes bepaalt voor het grootse deel het fysisch karakter van de grond. Een ander deel van die vaste deeltjes bestaat uit afgestorven materiaal dat min of meer verteerd is: organische materiaal dat verteerd tot humus.

Het Humusgehalte van de grond.

Humus is de bovenste, levende grondlaag met veel materiaal van organische oorsprong. Kortom al het dode organische materiaal dat in de bodem aanwezig is. Humus wordt gevormd door de ontbinding van plantaardig en dierlijk materiaal (bv. stalmest). In deze humuslaag organiseert het bodemleven zoals wormen, bacteriën, schimmels het omzettingsproces waarbij organisch materiaal wordt afgebroken tot stoffen die voor planten als voeding opneembaar zijn. Humus houdt het water goed vast en laat een teveel aan water door.

Kleiige gronden worden door humusvorming losser en beter bewerkbaar, zandige bodems worden onder invloed van humus meer samenhangend.

Humus is eigenlijk het natuurlijke equivalent van compost: humus wordt in de natuur gevormd, compost is het resultaat van een door mensen gecontroleerd ontbindingsproces.

Humus en bij uitbreiding ook compost bevatten in feite alles wat planten nodig hebben: het enige waar je moet over waken is dat er regelmatig organisch materiaal toegevoegd wordt zodat het humificatieproces of composteringsproces verder blijft gaan.

Bodemtexturen: Zand, leem, klei.

Gronden worden opgedeeld naargelang de korrelgrootte: zandkorrels zijn de grofste korrels, klei de fijnste en leem zit daar tussenin. Hoe grover de korrel is, hoe meer ruimte er is tussen de korrels onderling: Dat betekent dat het water steeds minder lang zal vastgehouden worden: De bodemtextuur is niets meer dan de verhouding van grovere en fijnere korrels in de grond. De belangrijkste texturen zijn zand, leem en klei.

ZAND

  • … Zandddeeltjes zijn de grofste korrels: van 0,05 tot 2 mm groot.
  • … Zanddeeltjes voelen tussen de vingers korrelig aan.
  • … Zand is een lichte grond en makkelijk bewerkbaar
  • … Water zakt snel doorheen zand, daardoor droogt zand snel terug uit en zal u dus vaker moeten beregenen in droge periodes.
  • … Mest en voedingstoffen zakken snel doorheen de zandkorrels waardoor bemesting vaker moet gebeuren.
  • … Zandbodems zijn over het algemeen ook armere gronden

Zandgronden zijn dus drogere gronden, die als nadeel hebben dat ook de voedingstoffen gemakkelijk uitspoelen naar diepere grondlagen en dus niet meer beschikbaar zijn voor de plant. Het voordeel is dat de planten door de losse structuur gemakkelijk nieuwe wortels kunnen aanmaken.

LEEM

  • … De korrelgrootte van leemdeeltjes ligt tussen 0,002 en 0,05 mm.
  • … Leem is de beste tuingrond.
  • … Leem is vruchtbaar en goed te bewerken.
  • … Leem houdt voldoende water vast, overtollig water kan ook goed wegzakken.

Leem is de beste tuingrond die in België voorkomt. Leem is meestal rijk aan voedingsstoffen, terwijl het vocht goed vastgehouden wordt.

KLEI

  • … Kleideeltjes zijn de fijnste bodemdeeltjes: ze zijn kleiner dan 0,002 mm.
  • … Pure kleideeltjes voelen glad en kleverig aan aan de vingers.
  • … ­Klei is een zware grond die moeilijk bewerkbaar is.
  • … Klei houdt het water makkelijk vast,
  • … In de zomer droogt de bovenlaag uit en wordt hard als beton, waarbij her krimpt en scheurt.
  • … In natte omstandigheden wordt klei een plakkerige, kleverige massa.
  • … Kleigronden zijn dus nattere gronden, die als nadeel hebben dat ze moeilijker bewerkbaar zijn.
  • … Het voordeel is dat het water langer vastgehouden wordt dan bij zand.

Hoe kan je de grondsoort eenvoudig bepalen:

Door de grond even tussen de vingers te nemen en deze grond tussen de vingers open te wrijven voel je meteen of je te maken hebt met een grofkorrelig materiaal: zand of een fijn, kleverig aanvoelende grondsoort: klei.

Het onderscheid tussen zand en klei is vrij eenvoudig op deze manier te maken. Heb je te maken met een mengsel van beide en voel je enerzijds korrels en anderzijds ook een kleverige substantie dan ligt de grondsoort ergens tussenin: leem dus.

Bijna alle gronden bestaaan uit een mengsel van zand-leem-klei waarbij alle verhoudingen voorkomen. Probeer ook even een bal of worst te maken met kleine hoeveelheid grond. Kan je een mooie bal of worst kneden dan heb je te maken met klei, lukt het helemaal niet om een bal of worst te vormen en valt die uiteen tussen je vingers: dan heb je te maken met zandgrond.Let ook op de kleur van de grond: hoe donkerder de grond hoe meer organisch materiaal die bevat. Zie inleiding

Wil je de textuur van de grond testen en de verhouding tussen zand, leem en klei ongeveer kennen?

Graaf op een vijftal plaatsen in de tuin een klein putje met van ongeveer 15 cm diep. Met een plantschopje steek je langs de rand een lange plak grond af. Gooi die plakken in een emmer en vermeng die goed. In de tuingrond kunnen kleine variaties optreden. Door hier en daar een staal te nemen en goed te mengen verkrijg je een ‘gemiddelde’. Neem ongeveer een kopje grond en doe die in een bokaal. Vul die bokaal tot boven met water en schud krachtig tot je een egaal slijkmengsel bekomt.

Zet de bokaal op een plaats waar die 24 uur kan blijven staan. Na 24 uur zal je zien dat op de bodem een duidelijke laag neergeslagen is: dat is de zandlaag. De middelste laag is de leemlaag en de bovenste laag is de kleilaag. Zo krijg je meteen een indruk van de verhouding tussen de deeltjes zand, leem en klei.

Doorlaatbaarheid (natuurlijke drainage) van de grond.

Als we over drainage spreken denken we meteen aan buizen met gaatjes in die ingegraven worden om het overtollige bodemwater af te voeren.

Als we spreken over de natuurlijke drainage van grond bedoelen we de mate waarin de grond het water naar dieper gelegen grondlagen op een natuurlijke wijze afvoert.

In zand trekt water heel snel weg, in klei gaat dat heel langzaam. Om te weten of je grond goed afwatert kan je een gat van ongeveer 30cm diep graven. Vul dit gat op met water. Is het water na 30 minuten al in de grond getrokken kan je spreken van een te snelle natuurlijke drainage. Blijft het water uren in de put staan dan is er sprake van een slechte natuurlijke drainage.

Hoe verbeter je de natuurlijke drainage van de grond?

Een te snel afwaterende grond kan je verbeteren door veel organisch materiaal in de grond in te werken. Dit doe je door een grondverbeteraar in te brengen (zie verder).

Bij het aanplanten is het hier ook aangewezen om waterhoudende kristallen in de grond in te werken. Deze kristallen houden het vocht en voedingstoffen vast en geven het in droge omstandigheden terug af aan de planten. Er bestaat ook grondverbeteraar waar deze waterkristallen reeds in verwerkt zijn.

Een te natte grond kan verbeterd worden door drainagebuizen in te graven, hierbij wordt het overtollig grondwater afgevoerd. Ook het inwerken van rijnzand, grind of lavagruis in de toplaag verbeterd het drainerend vermogen van de toplaag. (zie verder).

De bodemstructuur

Bodemstructuur heeft alles te maken met het volume organisch materiaal, en daar direct bij aansluitend, lucht en water dat in de grond aanwezig is. Een bodem met een goede structuur absorbeert meer en sneller regenwater doordat de holtes het water efficiënt naar diepere lagen afvoeren. Plantenwortels en bodemorganismen dringen ook makkelijker door.

Een goede structuur (meer organisch materiaal) kan een mindere textuur (grove zandkorrel) compenseren.

Hoe verbeter je de bodemstructuur?

Organisch materiaal, in combinatie met bodemorganismen, is de belangrijkste factor voor een goede bodemstructuur. De poriënruimte in de grond wordt aanzienlijk verbeterd door de aanwezigheid van verterende plantenresten in de grond. Wormen en micro-organismen breken dat organisch materiaal af en houden op die manier de bodemdeeltjes mooi bij elkaar. Ook plantwortels en schimmels dragen bij tot de bodemstructuur.

Zuurtegraad (pH) van de grond.

De pH, afkorting van potentiaal hydrogenium, is een schaal van 1 tot 14 die aangeeft of je te maken hebt met een zure, neutrale dan wel een basische of alkalische grond. Een pH van 1 tot 7 bekent zuur, waarin pH1 zeer sterk zuur is en ph6 zwak zuur. Ph 7 is het omslagpunt, pH 7 betekent neutraal. Analoog is pH 8 lichtbasisch en ph 14 zwaar alkalisch.

De zuurtegraad van de bodem heeft een invloed op de opname van de voedingselementen via de wortels, op de bodemstructuur, en heeft ook een invloed op het bodemleven. De zuurtegraad van de bodem hangt van de samenstelling van de grond, de hoeveelheid humus in de bodem, het gebruik van meststoffen, zure regen,…

Een te basische grond zal zich weinig voordoen, een te zure grond komt wel vaker voor. Door te bekalken kan de zuurtegraad verhoogd worden. Een bodem meer zuur maken kan door zure turf in te werken in de grond. Dit kan nodig zijn om de grond geschikt te maken voor zuurminnende planten. De meeste tuinplanten groeien liefst in een iets zure bodem: pH 6,5.

Heidesoorten als Calluna, Rhododendron, Pieris zijn zuurminnend en verkiezen een lichzure grond (pH 4,5-6). Kalkrijke grond is eerder alkalisch. Planten als Ceanothus, Lavendel, Perovskia verkiezen een kalkrijke grond.

Hoe kan je de grond verbeteren?

KLEI

Voeg bij klei regelmatig compost en kalk toe om een kruimelige, goed bewerkbare grond te verkrijgen. Door compost toe te voegen verbeter je de afwatering en de beluchting. Spit zware klei in het najaar en werk er organisch materiaal doorheen (compost, stalmest,…). Laat de ruwe kluiten zo liggen en laat die kapotvriezen. Ook een mulchlaag aanbrengen helpt om de bodemstructuur te verbeteren.

Een mulchlaag is een laag organisch materiaal zoals grasmaaisel, gehakseld snoeihout,.. Eventueel kan je ook zand, grind of lava toevoegen en inwerken in de grond om de beluchting, de afwatering en de structuur blijvend te verbeteren. Je spreidt een laag van 5 a 10 cm zand grind of lava uit over de grond en je spit deze in.

ZAND

Spit veel verteerde compost of verteerde stalmest onder. Vul daarna regelmatig meststoffen en bodemverbeterend materiaal zoals compost toe om de voedingstoestand van de bodem aan te vullen en de grond beter watervasthoudend te maken.

Breng eventueel een mulchlaag aan om verdamping van vocht uit de bodem tegen te gaan. Een mulchlaag is een laag organisch materiaal zoals grasmaaisel, gehakseld snoeihout,.. Geef regelmatig kalk om de zuurtegraad van de bodem te corrigeren.

LEEM

Leem is de beste tuingrond die in België voorkomt. Leem is meestal rijk aan voedingsstoffen, terwijl het vocht goed vastgehouden wordt. Houdt het gehalte van leem op peil door regelmatig compost toe te voegen.

PROBLEEM: VERDICHTE GROND

Een zeer veel voorkomend probleem, vooral rond nieuwbouwwoningen, is een grond die volledig dichtgeslagen is. Bij het bouwen constateer je vaak dat alle aandacht gaat naar de bouw zelf: wat errond ligt dient om op te rijden, te parkeren, voorraad te stockeren. Vrachtwagens, bestelwagens, graafmachines, hoogwerkers,… rijden de grond langzaam maar zeker vast… Naar de grond rond de woning wordt niet omgekeken.

Aan het eind van de bouwwerken moet vaak nog wat grond opgevoerd worden. Men spreidt gewoon een laag goede aarde uit over de keihard dichtgereden grond. Dit ziet er wel netjes en op het eerste zicht plantklaar uit…..maar!! Uit een verdichte grond is het grootste gedeelte van het bodemleven verdwenen, het humusgehalte en het organisch materiaal is tot op een dieptepunt gezakt, de structuur van de bodem vernietigd.

Vooraleer op een verdichte grond te tuinieren, is het dus aangewezen deze verdichte grond terug los te maken tot op een diepte van 1 tot anderhalve meter.. Het is van belang dit te doen met een speciale tand op een graafmachine of een minigraver, anders kan je niet diep genoeg werken. Ook in bestaande tuinen kan de grond dichtgeslagen zijn doordat te weinig organisch materiaal aan de grond toegevoegd werd. Dit probleem kan eenvoudig opgelost worden door compost 2 spasteken diep in te spitten.

Log in of Registreer om te reageren of zelf een tuinvraag te stellen.

Heeft dit artikel u geholpen?