De onderhoudsarme tuin

Kies in je tuin voor een duurzaam basisconcept dat, zonder al te veel menselijke tussenkomst, standhoudt in de tijd. Leg een goed “geraamte” aan van bomen, heesters en verharding; ze vormen het – arbeidsarme – fundament van je tuin. Bedenk dat open ruimte in de tuin (gazon, grasland, borders) meer onderhoud vraagt dan gesloten ruimte (bomengroepen, struikengroepen). Bedenk ook dat randzones tussen gras en border of tussen gras en heesters veel onderhoud vragen; steeds opnieuw wil het gras de border ingaan en moet je het “tot de orde roepen”. Denk daarbij aan het volgende:

• Het bestrate gedeelte van je tuin vergt het minste onderhoud. Althans, als je kiest voor stenen van groot formaat, kleine of geen voegen, een stevige fundering. Hoe minder kieren tussen de stenen, des te minder kans op onkruid. Heb je toch onkruid tussen de stenen? Lees dan het artikel onkruid op het pad.
• Bouw de gesloten ruimte zo op dat ze bijna geen onderhoud vraagt: maak een gelaagde beplanting met boomlaag, struiklaag en kruidlaag. De schaduw die bomen en struiken op de kruidlaag werpen, zorgt ervoor dat grassen geen kans krijgen.
• Overweeg of je gazon overal millimeterkort moet zijn (en dus zeer frequent gemaaid moet worden) , laat minder frequent te gebruiken gedeelten uitgroeien tot een graslandje; daar komen leuke bloemen in en je hoeft het maar 2 x per jaar te maaien met een bosmaaier. Een rijtje klinkers langs een gazon vergemakkelijkt het maaien en maakt kantjes knippen bijna overbodig. Ook zijn er mulchmaaiers; ze maken het gemaaide gras fijn en strooien het weer uit; meteen een stikstofbemesting voor je gazon.
• Kies voor grote groepen van dezelfde beplanting. Je voorkomt dan dat je steeds moet ingrijpen als een plantensoort een andere wil overwoekeren. Bodembedekkende planten kunnen zo een dicht tapijt vormen dat onkruid geen kans krijgt. (zie artikel bodembedekkers) Kies voor snelgroeiende en uitlopende planten; ze zullen de bodem van je tuin vlug bedekken en zo ongewenst onkruid tegengaan. Bouw bij de echte woekeraars (sommige bamboesoorten, bodembedekkende planten) een grens in door ondergronds verticaal geplaatst anti-worteldoek.
• Kies een haagsoort die maar 1 maal per jaar hoeft gesnoeid te worden of, als je er plaats voor hebt, een heg die niet gesnoeid hoeft te worden. Een coniferenhaag zoals leylandii is moeilijker te knippen dan bijvoorbeeld een beukenhaag. Liguster groeit snel en vraagt twee keer per jaar snoei.
• Kies voor verwilderings bloembolletjes die na de bloei in de grond kunnen blijven zitten. Bollen zoals sneeuwklokjes, krokus, boshyacint zullen op den duur zelfs een steeds grotere groep vormen.